FAQ BESTRIJDING

Waarom is IBR en BVD bestrijding nodig?

Bedrijfsgebonden dierziekten als IBR en BVD passen niet in de ambitie van een gezonde en duurzame veehouderij.

  • BVD en IBR tasten het dierwelzijn aan.
  • Het BVD virus ondermijnt de algemene ziekteafweer. Infecties met BVD zorgen zo voor meer andere  infecties, dus meer ziekte en meer aantasting van welzijn. BVD zorgt daarmee ook voor verhoogd antibioticagebruik. Bestrijding van BVD is behalve voor de rundveehouders zelf daarom indirect ook van belang voor de volksgezondheid.
  • BVD en IBR belemmeren de export en handel. Nederland is omringd door veel landen met nationale programma’s om IBR en BVD-vrij te worden. Veel landen zijn al vrij. Nederland heeft een slechte concurrentiepositie voor de handel in vee ten opzichte van vrije landen.
  • BVD en IBR veroorzaken economische schade op bedrijven.

Waarom is verankering van BVD en IBR bestrijding in wet- en regelgeving gewenst

Het voordeel van bestrijding van IBR en BVD is het grootst als we de ziekten echt kunnen uitroeien. Uitroeien van deze ziekten verloopt het meest effectief als alle rundveehouders daar aan mee doen.
Private kwaliteitssystemen geven de mogelijkheid om extra maatregelen op te nemen naast bestaande wet- en regelgeving. Echter, deelname aan een privaat kwaliteitssysteem is geen verplichting. Om te realiseren dat elke rundveehouder in Nederland deelneemt aan het nationale bestrijdingsprogramma is regelgeving  van de overheid noodzakelijk.

Daarnaast is de verankering in wet- en regelgeving nodig om de IBR bestrijding binnen de Europese kaders te laten vallen, zodat Nederland op termijn de artikel 9 of artikel 10 status kan aanvragen. 

 

Hoe ziet het huidige en toekomstige EU-beleid eruit?

BVD

Voor BVD-bestrijding is een wettelijk Europees kader nog niet beschikbaar. Met een groeiend aantal lidstaten dat BVD bestrijdt of daar al klaar mee is, is het wel reëel dat dat kader ter beschikking zal komen. In de komende jaren zal hier duidelijkheid over komen.

IBR

De EU verplicht de bestrijding niet, maar faciliteert bestrijding van IBR in lidstaten wel, namelijk via een handelsrichtlijn ( Richtlijn 64/432/EG). Een land dat een door de Europese Commissie (EC) goedgekeurd bestrijdingsplan uitvoert heeft de zogenaamde artikel 9 status. Een land dat door de EC erkend is als officieel IBR-vrij krijgt de artikel 10 status. Beide statussen geven een land de mogelijkheid om bij  import van runderen eisen te stellen m.b.t. het vrij zijn van dieren van IBR. Dat maakt het mogelijk om de voortgang van de bestrijding en de vrije status te beschermen. Op dit moment is het streven van de Nederlandse rundveehouderij om de artikel 9 status te verkrijgen en het bijbehorende bestrijdingsplan uit te voeren zodat IBR wordt uitgeroeid. Veel Europese landen zijn Nederland voorgegaan met de bestrijding van IBR. Lees meer